Mediapark Jaarcongres 2009: overeenkomsten en tegenstellingen tussen 1.0 en 2.0 mediakanalen en advertentie- en businessmodellen

Met bovenstaande titel vat ik een inspirerende dag samen, georganiseerd door Immovator en opgetekend door een aantal professionele sprekers en een keur aan start-ups en studenten. Een leukere combinatie van formats is voor zo een dag niet vinden. Vroeg in de ochtend werd gestart met diverse parallelle ontbijtsessies, waarna de bezoekers op de keynote van Gerd Leonhard – mediafuturist – werden getrakteerd.

Iedereen die er niet was, kon het event live volgen via streaming video en/of twitter. Met #mpjc2009 als hashback werd er volop gebruik van gemaakt van het twitter backchannel. Het enige wat ontbrak in zo een 2.0 omgeving was een – gratis – WiFi beschikbaarheid.

mpjc1.png

Wat nemen we nou mee van deze dag, waarop ook nog eens het rapport Brinkman beschikbaar kwam, met wel zeer oude standpunten om via een ‘internet belasting’ de kranten te redden.
Wat doe je wanneer je dan enerzijds middenin in verhaal zit over games, iemand nog uitlegt wat narrowcasting is, studenten die het jaar 2015 voorspellen en dan de gevestigde orde komt uithuilen over de verhoudingen tussen de publieke omroepen en de landelijke dagbladen?

Het Mediapark Jaarcongres liet duidelijk zien dat de verschillende elkaar bevechtende branches of de elkaar juist aanvullende branches nog behoorlijk verward zijn door de toenemende invloed van de web 2.0 bewegingen. Advertentie-, Business-, Communicatie- en Distributiemodellen (ABCD) zijn allemaal in beweging, sommigen hopeloos verouderd, anderen compleet nieuw en verreweg de meeste aan een flinke opknapbeurt toe.

Markten, Mensen, Methoden en Middelen (4M’s) veranderen onder invloed van een compleet andere wijze waarop we content tot ons nemen. De digitalisering maakte het mogelijk, de interactie maakt mensen spraakzaam en de relevantie wordt niet meer door de traditionele zenders bepaald, maar wordt in sociale netwerken door de deelnemers zelf bepaalt. De controle door de gevestigde orde wordt in haar bestaan aangetast. Professionele journalistiek in lineaire volgorde gedoceerd wordt nog gewaardeerd door de generatie 50-plussers. ‘Gelukkig’ is er een behoorlijke vergrijzijng gaande in ons land, zodat de traditionele uitgevers nog wel even voort kunnen met papier.

mpjc2.pngHet web wordt weliswaar inhoudelijk omarmd, maar de meesten weten nog niet hoe zij al het gebodene ten gelde kunnen maken en welke rol het publiek speelt in de interactie met de inhoud.

Is dat nou allemaal erg? Nee, zeker niet. Zolang we in staat zijn de beweging te kunnen volgen en er duiding aan te kunnen geven binnen bepaalde kaders, en de verliezen weten te beperken, dan is er goede kans, dat de nieuwe ABCD modellen zich kunnen en zullen gaan ontwikkelen.

Natuurlijk is de term ‘gratis’ nu een enorme belemmering, omdat we de consument niet meer kunnen wijs maken dat na gratis er ook wel eens een keer betaald moet worden. Gratis is een norm geworden, die de maatschappij snel over heeft genomen. Foutje uit het 1.0 tijdperk, toen we nog dachten dat maatschappij 2.0 zo een vaart niet zou lopen.

Misschien kan of moet dat wel zo blijven, maar dan moeten andere producten en/of diensten worden bedacht die niet kopieerbaar zijn en dus wel verkoopbaar. Welke dat zijn voor media bedrijven is voorlopig nog niet duidelijk.

mpjc5.png

Dat er volop mee wordt geëxperimenteerd is goed. Op den duur komen de succesvolle bedrijven wel boven drijven. In welke verhouding dit dan nog bestaande 1.0 bedrijven zijn of hele nieuwe 2.0 bedrijven is niet precies te voorspellen. Eén ding is echter zeker, nieuwe 2.0 bedrijven hebben niet de last van het ombuigen van alle oude 1.0 ABCD’s.

mpjc6.pngMinister Plasterk sloot het congres af met diverse samenvattende statements. Belangrijk was de opmerking: ‘Ik denk niet dat een internetheffing de weg is die we moeten gaan voor het oplossen van de problemen in de krantensector.’ Daar kan hij politiek gezien nog alle kanten mee uit, maar uit zijn woorden was toch een duidelijk ‘nee’ te bespeuren.

Of een ander advies, de openbaarheid van programma gegevens nu ‘om-niet’ ter beschikking moeten worden gesteld om ook anderen dan omroepen gelegenheid te geven deze gegevens te publiceren, werd ook niet als een redmiddel voor de kranten gezien.

De 8 miljoen euro overheidssteun heeft daarmee dus nog geen duidelijke bestemming gekregen.